[Dijk, Johannes van]
DIJK (Johannes van), geb. te 's Gravenhage in Maart 1718, overl. aldaar 6 Oct. 1798. Zijn ouders waren Hendrik van Dijk en Louisa Blotelingh. Hij studeerde te Leiden in de godgeleerdheid en werd garnizoenspredikant te Namen 31 Aug. 1749, predikant te Maastricht 25 Sept. 1757, hoogleeraar aan de illustre school te Maastricht 16 Juli 1765; emeritus in 1771. Hierna woonde hij eerst te Voorburg, sedert 1794 te 's Gravenhage. Hij trouwde in 1747 met Anna Maria van Kervel en hertrouwde in 1784 met Anna Adriana Verschuringh. Zijn inaugureele rede te Maastricht als hoogleeraar heeft tot titel: De causis praecipuis, propter quas post captivitatem Babilonicam ita abhorreant ab Idololatria, cui olim tam addicti fuerant (1765). Voorts schreef hij: Euphemia of de triomf van den godsdienst (Maastr. 1769); De klaagliederen van Jeremia (Maastr. 1770); De rampzalige gelieven