Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 8

[Bitter, Pieter de]

BITTER (Pieter de), mogelijk een afstammeling van den voorgaande, komt (1660 en 63) in de geschiedenis der O.I.C. voor, als haar gezant naar den vorst van Makassar, om van

[p. 114]

hem gedaan te krijgen, dat Boeton aan den rechtmatigen bezitter, den vorst van Ternate, zou teruggegeven worden. Ook treedt hij op als gouverneur van Ceilon. Den meesten roem verwierf hij in 1665, toen hij als commandeur der rijk geladen, 24 Dec. 64 van Batavia vertrokken retourvloot van 11 schepen behouden te Bergen in Noorwegen aankwam en daar een vloot van engelsche oorlogsschepen tot afdeinzen dwong.

Mogelijk een bloedverwante van hem is Johanna Maria de Bitter (geb. te 's Hertogenbosch 1656, haar moeder was Maria Donckers), die in 1675 de tweede vrouw werd van Johannes de Hartogh van Rotterdam.

Hermannus de Bitter, als candidaat in de rechten 1683 te Harderwijk als student ingeschreven, kan een zoon van hem zijn; hij was geboortig van Batavia.

Het portret van P.d.B. door een onbekend kunstenaar is in het museum te Leeuwarden.

Zie: Brandt, Leven van De Ruyter, 415; de Jonge, Zeewezen IIb, 232-235; Wouter Schouten's reizen (4e dr. Utr. 1775); Leupe in Bijdr. tot de T.L. en V. van N.I., 378 (1859); Pepys' Diary 19 Aug. 1665; de Haan, Priangan I; Warnsinck, P. de B. (Haag, 1929).

Bartelds