[Asser, Mozes Salomon]
ASSER (Mozes Salomon), geb. te Amsterdam Aug. 1754, gest. ald. 4 Nov. 1826, was een der voormannen van de emancipatie der Joden in Nederland. Oorspronkelijk voor den handel bestemd, ging hij zich nog op middelbaren leeftijd in de rechtswetenschap bekwamen. Volkomen autodidact, legde hij zich voornamelijk op het handelsrecht toe, waardoor hij de vraagbaak van den amsterdamschen handel werd. Hoewel hij geen academischen graad bezat, werd hij daarna tijdens de Bataafsche Republiek (1798) toch tot lid van het ‘Commité van Justitie’ te Amsterdam benoemd, waaraan de nieuwe redactie en herziening der oude wetten der republiek werd opgedragen, die moesten worden aangepast aan de bestaande fransche wetgeving. Koning Lodewijk Napoleon droeg hem tot dit doel ook in 1808 gezamenlijk met Johannes van der Linden en Arnoldus van Gennep de samenstelling van een Ontwerp-wetboek van Koophandel op, welk werk volgens de Konst- en Letterbode de algemeene goedkeuring van alle deskundigen heeft mogen wegdragen, en tot grondslag verstrekt heeft aan de latere ontwerpen. Ook in de commissie van 1814 had Asser een actief aandeel. Zijn werk vormde de basis van het Wetboek van koophandel van 1838, waarvan het grootste deel nu nog van beteekenis is.
Asser nam ook krachtig deel aan de stichting van de club ‘Felix Libertate’, waarin een groepje jonge vooruitstrevende amsterdamsche Joden zich vereenigd hadden, ten einde de emancipatie der nederlandsche Joden te verkrijgen, tot welk doel Asser op 26 Maart 1796 zijn adres aan de Staten Generaal zond. Hij behoorde ook tot de eerste leiders van de nieuwe amsterdamsch-joodsche Gemeente ‘Adath Jesurum’, waarvan de leden zich van de bestaande gemeenten hadden afgescheiden, die hen te conservatief en te weinig vooruitstrevend waren. Zoo stond hij met zijn zoon