Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 8
(1930)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 14]
| |
tugal, gest. te Amsterdam 17 Dec. 1679, behoort tot de aanzienlijkste rabbijnen van Holland in de 17de eeuw. In 1642 ging hij met zijn collega Isaäc Aboab da Fonseca als voorzanger aan het hoofd van een 200-tal portugeesche Joden van Amsterdam naar Brazilië. Na de herovering door de Portugeezen van dit gewest, keerde hij naar Amsterdam terug en herkreeg daar weder zijn rabbinale positie en zijn leeraarsambt bij de academia ‘Ets Haim’, waar hij den Talmoed en de hebreeuwsche grammatica onderwees. Hij wist deze taal zelfs tot de conversatietaal van zijn leerlingen met hem te gebruiken. Bevriend met den rijken en weldadigen Abraham Israël Pereyra schreef hij voor diens voornaamste litteraire product een approbatie. Aguilar is een der hoofdleiders van de joodsche Messiasbeweging geweest (1666), die in Sabbatai Tsewie uit Smyrna den Messias zag en aldus Amsterdam tot een centrum van zijn aanhang doed worden tot groote schade van deze gemeente, die hij veertig jaren gediend heeft; de inwijding der groote portugeesche synagoge (1675) vormt overigens het voornaamste feit van zijn rabbinaat. Aguilar was gehuwd met zekere Esther (gest. 12 April 1702), terwijl zijn schoonzoon Joseph Franco Serrano een bekend hebreeuwsch dichter en leeraar aan verschillende portugeesch-joodsche academia's van Amsterdam was. Aguilar was een veelzijdig ontwikkeld geleerde, die een zeer kostbare bibliotheek naliet, waarvan de catalogus in 1680 verscheen. Behalve op joodschtheologisch terrein en dat der hebreeuwsche grammatica, heeft hij zich ook op philosophisch gebied bewogen. Van zijn publicaties noemen wij: Epitome da Grammatica hebrayca, por breve methodo composta para uso das escolas do modo que a ensina.. no Midras em que assiste no KK de Talmud Tora em Amsterdam (Leiden, Jan Zacharias Baron, 1660, op kosten van den schrijver, 2de druk 1661 bij Joseph Athias te Amsterdam); Dinim de Sehila y Bedica, Isto he, de degolar e visitar os animaes, concorme nossa saneta Leg: colli gidos do Sulhan Aruh, traduzi dos na Lingua Portugueza, por bom, e breve methodo ordenados por o muy Docto Hakam Rabi Mosseh Rephael de Aguiar, een studieboekje over het joodsch-ritueel slachten, in 1681 bij David Tarlas te Amsterdam verschenen. Ten slotte het uiterst zeldzame boekje over dit onderwerp, dat zich alleen tot het longenonderzoek enz. bepaalt, geheeten Dinim de Bedicá, isto he, de vesitar a rés depois de degolada para saber se tem algum deffeito pello qual seja prohibida; conforme nossa sancta Ley: colligidos do sulhan Aruh, traduzidos na lingua Portugueza, por bom, e breve methodo ordenados, por o muy Dodo Haham Rabi Moseh Rephael de Aguilar enz. (Amsterdam, David Tarlas 1681), welke werken Mendes dos Remedios uitvoerig beschrijft. Zie: Jewish Encyclopaedia (New York-Londen 1901) I, 273 vlg.; M. Kayserling, Bibliotheca Espagñola Portugueza Judaica (Straatsburg 1890), 9; Izak Prins, Een Hollandsche interventie ten behoeve van buitenlandsche Joden (1745-46) (Amsterdam 1924); J.S. da Silva Rosa, Geschiedenis der Portugeesche Joden te Amsterdam (Amsterdam 1925) index; M.C. Paraira en J.S. da Silva Rosa, Gedenkschrift van het 300-jarig bestaan van.... Talmud Tora en Ets Haim (Amsterdam 1916), J. Mendes dos Remedios, Os Judeus Portugueses em Amsterdam (Coïmbra 1911), p. 60-67; Encyclopaedia Judaica I (Berlijn 1927). Zwarts |
|