den scherprechter zijn gemaakte kosten uitbetaald.
Zie over hem: Bor, Gelegenheyt van 's Hertoghenbosch (1630), 32; van Zuylen, Invent. Archief van 's Hertogenbosch II, 848; van Oudenhoven, Nieuwe Beschr. van 's Hertogenbosch (1670), 149; Acquoy, Herman de Ruyter; Hermans, Verzameling van Kronieken, 302; van Oudenhoven, Beschr. van 's Hertogenbosch, 119; Comm. Roy. d' Histoire, 3e serie, VII (1865), 46; Archief van Keulen, brief van 4 Jan. 1571, zie Hohlbaum, Invent. Hansischer Archive I, 283; Archief van Heusden, Stadsrekenboek van 1570; Papieren van prof. Dr. Acquoy in de Univ. Bibl. te Leiden, en vooral de afschriften van stukken over Loevestein in 1570, door ondergeteekende verzameld en berustende in de Bibl. van het Hist. Genootschap te Utrecht.
Vogels