vader bracht het tot kolonel en overleed 16 Mrt. 1796 te Kimburn tegenover Ostsjakof aan den mond van den Dniester. De zoon ging als zijn vader in russischen dienst en beoefende dezelfde vakken.
In 1791 was de stad Khadji-Bey met haren omtrek door de generaals van Katharina op de Turken veroverd. In 1793 werd het gewenscht geacht, daar die stad tot een oorlogshaven gemaakt zou worden, den turkschen naam te veranderen en naar een oude grieksche nederzetting werd de naam Odessa gekozen. De oorlogshaven kwam van 1793 tot 1803 onder admiraal Ribas tot stand. In laatstgenoemd jaar werd een fransch uitgewekene, Armand du Plessis, hertog van Richelieu, door Alexander I tot gouverneur van Odessa en eenige jaren later benoemd tot gouverneur van hetgeen toen Nieuw-Rusland heette. Deze energieke man heeft gedurende een 12-jarig bestuur de welvaart van deze streek en in het bijzonder van Odessa in hooge mate bevorderd, zoodat het bij zijn vertrek (toen hij in Frankrijk minister werd) reeds 25000 zielen telde. Hij heeft Odessa tot het middelpunt van den handel in de Zwarte Zee gemaakt en onder hem is van der Vlies werkzaam geweest bij den aanleg van havens, kaaimuren, loodsen en hetgeen verder bij een koopstad te pas komt. Ook onder Richelieu's opvolgers is dit werk voortgezet, en hij heeft zich daarbij zoo verdienstelijk gemaakt, dat hij het tot generaal heeft gebracht.
Hij huwde Regina van 't Hoff, en na haar overlijden Christina van Kers. Hij had 4 zonen en 3 dochters en had het ongeluk, in zijn twee laatste levensjaren 2 zonen en 2 dochters te verliezen. Eén der zonen overleed te Sebastopol, de 3 andere kinderen te Odessa.
Ramaer