[Thomas, Joannes]
THOMAS (Joannes), of Thomae, uit Heusden, in het bisdom Utrecht, magister in de philosofie, nuntius, afgevaardigde der universiteit van Parijs voor de engelsche studenten (Denifle, Chartularium univers. Paris. II, 618, 646) verkreeg het dekenaat der collegiale kerk St. Martinus te Emmerik 11 Maart 1349. 18 Nov. 1359 verruilde hij zijn dekenaat van Emmerik voor de parochie Angerloo met Theod. Momne. De naam van dezen laatste komt voor op de lijst der dekens Hist. ep. Ultraj. 286, niet echter die van Joh. Thome.
Reeds 16 Jan. 1349 had J. Thome de Huesden een kanunnikdij en prebende te Incourt gevraagd en verkregen, doch was 11 Mrt. nog niet in bezit daarvan. 28 Juli 1343 verzoekt het leuvensch stadsbestuur bij den Paus voor Johannes de Hoesdene een prebende in St. Jan te Luik en opnieuw 1344, doch deze Joh. de Huesden is een clericus Leodiensis, de andere Trajectensis.
Zie: Brom, Bullarium Traject. no. 1268, 1638; U. Berlière, Suppliques de Clément VI, no. 471, 630, 1490, 1526; Fierens, Suppliques d' Urbain V (Rome 1914), 696.
Fruytier