[Rooleeuw, Dr. Reinier]
ROOLEEUW (Dr. Reinier), geb. Amst. 6 Jan. 1627, overl. ald. ongehuwd 11 Mei, begr. ald. Zuiderkerk 15 Mei 1684, schrijver en dichter op theologisch gebied, stamde uit een gegoede doopsgezinde koopmansfamilie, waarin zoowel de kunst als de verspreiding der doopsgezinde geloofsovertuiging haar beoefenaars vond. Zijn grootvader Jacob Thonisz, geb. te Leer in Oost-Friesland omstr. 1569, overl. te Amsterdam tusschen 15 Aug. 1624 en 23 Mrt. 1627, vestigde zich als ‘snijder’ (later wordt hij lakenkooper genoemd) te Amsterdam, werd er 9 April 1592 poorter en ondertrouwde er twee dagen later ‘out omtrent XXII jaren’ met Pietertgen Lubbertsdr, dochter van den bekenden doopsgezinden voorganger Lubbert Gerritsz en Elsgen Jacobsdr. Hij was langen tijd oudste bij de Waterlandsche gem. te Amsterdam. Den 3den Juli 1617 kocht hij een huis op den Nieuwendijk te Amsterdam ‘daer de rotgans in de gevel ende de rode Leeu in het bord uijtsteckt’ (Inventaris Jacob Lambertsz te Leeuwarden dd. 3 Oct. 1637). Uit zijn huwelijk stammen o.a. 1. Dr. med. Anthonius Roscius, geneesheer te Hoorn, schrijver, dichter en voorganger der Doopsgezinden, wiens tragische dood door Vondel werd bezongen; 2. de leeuwarder kunstschilder, tevens doopsgezind voorganger, Lambert Jacobsz, wiens zoon was de bekende schilder Abraham (Lambertsz) van den Tempel; 3. Isaäc Jacobsz Rooleeuw, zie beneden; 4. Hendrik Jacobsz (Rooleeuw), geb. Amsterdam omstr. 1605, ged. 12 Febr. 1625, begr. Amsterdam Zuiderkerk 23 Maart 1670, karmozijnwerker, tevens doopsgezind leeraar, wiens tweede vrouw Catrina Hooghsaet (alias Trijn Jans) in 1657 door Rembrandt werd geschilderd.
Isaäc Jacobsz Rooleeuw, geb. te Amsterdam omstr. 1600, trouwde ald. 14 April 1624 met Ytien Reiniersdr., wier ouders in 1624 reeds waren overleden. De oudste zoon uit dit huwelijk was Jacob Rooleeuw, geb. Amsterdam 1625, ged. 1646, ‘handelaar’, ondertr. Amsterdam 27 Jan. 1650 Anna van Diephout, dochter van den apotheker Lubbert van Diephout en diens tweede vrouw Marittie Reiniersdr., een dochter van den bekenden doopsgezinden voorganger Reinier Wijbrandsz. Jacob Rooleeuw is ongetwijfeld identiek met den door Kramm als teekenaar vermelden J. Rooleeuw.
Reinier Rooleeuw was de tweede zoon van Isaäc Rooleeuw. Hij werd ged. 4 Mrt. 1646 (volgens het matenboek der Waterlandsche gem.), studeerde te Leiden in de medicijnen (zijn inschrijving is echter in het album niet te vinden) en promoveerde aldaar 7 Febr. 1651. Na zijn promotie vestigde hij zich als geneesheer te Amsterdam. Hij schijnt niet opgetreden te zijn als doopsgezind leeraar, hoewel de aard van zijn studie (de wetenschappelijk ontwikkelde voorgangers onder de Doopsgezinden hadden nl. meestentijds medicijnen gestudeerd, omdat de studie der theologie aan de universiteiten hun uit den aard der zaak was ontzegd) en die