[Resen, François van]
RESEN (François van), zoon van Pieter v.R. (1), die volgt, en Margareta Vos van Cortenbach, was een tholensche magistraat, die in 1550 tot baljuw en rentmeester van Tholen werd benoemd, waar zijn geslacht in hoog aanzien stond. Dit bleef hij tot 1569. Na den overgang der stad aan den Prins in 1579, werd hij wederom als zoodanig aangesteld tot 1586. Hij was zeer rijk, had landerijen in erfpacht van de heiligegeestmeesters te Roemerswaal en van de Westminsterkerk te Middelburg. In den strijd die meester Jan Paschasius (dl. V, kol. 418), trouw geholpen door den kanunnik Johan Couwegontius (dl. VI, kol. 293), aanbond tegen de wereldlijke overheid in de jaren vóór Alva's komst, verdedigde hij (Febr. 1567) moedig de zaak van het civiel gezag tegenover de landvoogdes, voor wie hij met twee burgemeesters gedaagd was op aanstoken van genoemden kanunnik.
Zie: Boenders, Bijdrage tot de kerkgesch. v.h. eiland Tholen in Archief v.h. zeeuwsch genootsch. (Middelb. 1926); Hollestelle, Geschiedk. beschr. van Tholen (Middelb. 1897); v. Vlisvliet, Inventaris v.h. Oud- Archief van Zeeland II, 403, 409, 414.
Bartelds