te Put te Kessel. Hij werd 20 Juli 1743 tot Raad van het hof te Gelder benoemd, was Raad Costumier te Roermond 1743-1794. Daar zijn huwelijk met Maria Anna Sophia Theresia van Metternich kinderloos was, vermaakte hij in zijn testament d.d. 5 Nov. 1779 zijne goederen en het kasteel met aanhoorige landerijen en de kesselsche heerlijkheid aan zijn neef Caspar Emanuël Joseph de Keverbergh.
Zie: Publ. de la soc. hist. et arch. dans le duché de Limbourg (1879) 134-135; Verslagen omtrent 's Rijks oude archieven (1905) 403, 411, 412, 419; Limburg's Jaarboek (1914), 121.
Verzijl