bisschop van Canea i.p.i. geconsacreerd, en vertrok daarop, zonder helaas genoegzaam te zijn gemachtigd door de Regeering, naar zijn nieuwe standplaats. Daar, in Batavia, ondervond hij veel tegenwerking. Het gevolg was, dat hij 3 Febr. 1846 door den Gouverneur-Generaal, I.J. Rochussen, uit Nederlandsch-Indië werd verbannen. Hij keerde toen, met verlof van den Paus, naar Suriname terug (vgl. het art. Groof in dit deel). In Sept. 1847 is F. naar Rome teruggeroepen; mgr. Zwijsen zou tevens voorloopig het bestuur over de hollandsche zending aanvaarden, die dat ook heeft gedaan tot de komst van mgr. Belgrado in 1848.
Zijn portret is gelithografeerd door T. Waanders.
Zie: Albers, Gesch. v.h. herstel der bissch. Hiërarchie I, II; Goulmy, Hiërarchie en Wetboek in De Katholiek IX (1846), 244.
Hensen