[Doubleth, Philips (2)]
DOUBLETH (Philips) (2), zoon van Jan, die in 1550 procureur bij het Hof van Holland was, geb. omstreeks 1560 te 's Gravenhage en daar overl. 1612. Hij werd 1576 adjunct-auditeur, 1579 lid der Rekenkamer aldaar, 4 Juli 1588 ontvanger-generaal der Unie, en was gehuwd 1e met Maria van der Goes, die hem 9 kinderen naliet, 2e 27 Febr. 1599 met Cornelia Rataller, bij wie hij minstens 2 kinderen had, George (die volgt) en Isabeau, geh. met George Cleser, heer van Monnikenland, kolonel van de garde van prins Frederik Hendrik en prins Willem II en meesterknaap van de wildernisse in Holland (gest. 22 April 1652, vgl. Staatsche Leger, III en IV, passim). Door zijn zoon Jan, uit het eerste huwelijk, werd hij de stamvader der heeren van St. Annaland uit zijn geslacht, van wie vooral bekend is Philips, heer van St. Annaland en Moggershil, veel aan het hof van prins Willem III in den Haag en op het Loo (Register op de journalen van Const. Huygens, i.v. Doublet en Droste's Geheughenis, uitg. Fruin).
Zijn portret geschilderd door J. van Ravesteyn is in het museum te Haarlem, een tweede schilderij door een onbekende in het Prinsen hof aldaar.
Zie: Frederiks l.l., in Herald. Bibl. N.R. II, 257.
Blok