[Demetrius, Andreas]
DEMETRIUS (Andreas), de Meester of Meesterus, was in 1568 predikant der Hervormden te Antwerpen. Na den val dier stad in 1585 vertrok hij naar Frankfort. In 1593 werd hij naar Dordrecht beroepen, waarna de hervormde gemeenten, zoowel de nederlandsche als de fransche, te Frankfort geheel en al verliepen.
Demetrius, die in Febr. 1594 te Dordrecht bevestigd werd, was een predikant, wel geschikt om de rust in de gemeente, die tijdens Hermanus Herberts maar al te zeer verstoord was, te herstellen. Hij was bovendien een ijverig geleerde en schreef: Der Griecken opganck ende onderganck. (Dordr. bij Isaac Jansz Kaen 1599) 4o. Voorts vertaalde hij: Oirlogen van Italiën, beschreven door François Guicciardin, Edelman van Florencen, met seer schoone politycke oorlogse ende morale aant. van Mons. de la Noue. (Dordr. bij Isaack Jansz Kaen, 1599) 4o.
Ten gevolge van toenemende lichaamszwakte vroeg en verkreeg hij in 1609 ontslag als predikant. De tijd van zijn overlijden is onbekend. Hij was gehuwd met Maria Becius en had een zoon Daniel, die volgt.
Zie: Schotel, Kerk. Dordr.
van Dalen