[Croonenborgh, Mathias van]
CROONENBORGH (Mathias van), geb. te Venlo 4 Juni 1622, overl. te Roermond 28 Maart 1684, zoon van Martinus en Christina Hoffmans, trad in de orde der Minderbroeders 13 Nov. 1642 en werd in 1647 priester gewijd. Eerst onderwees hij de philosophie te Venlo en te Roermond. In Januari 1658 werd hij vicaris van het roermondsche klooster en tevens instructor en in October 1660 confessarius der Clarissen aldaar. In October 1666 werd hij gardiaan van het klooster te Boetendael (bij Brussel), daarna gedurende drie jaren vicarius en in Februari 1671 weder gardiaan van hetzelfde klooster. Later was hij te Roermond nog eenige jaren confessarius der Clarissen en der Poenitenten-Recollectinnen.
Hij schreef Het Ryck-deugdigh leven van zuster Agnes Maria Huyn van Amstenraedt en verschillende andere godvruchtige werkjes.
Zie: M. Hub. H. Michels, Geschiedenis van de Lorettokapel te Gerrooi, 95 en 98.
Verzijl