[Burmania, Poppe van (2)]
BURMANIA (Poppe van) (2), geb. te Ostende 1603, overl. 30 Aug. 1676, zoon van Jan, hiervoor, en van Barber van Burmania.
Hij trad in krijgsdienst en zag zich in 1637 tot kapitein bevorderd. Hij droeg den bijnaam ‘Ostendenaar’ (zie o.a. het Staatsche Leger V, 476), omdat hij aldaar gedurende het beleg werd geboren. Den 23en Mei 1657 luitenant-kolonel in het regiment van Aylva geworden, nam hij in 1659 in dien rang deel aan den tocht van de Ruyter tegen Zweden. Nog in 1674 wordt hij als dapper officier genoemd in den rang van luitenant-kolonel en commandant van 's Prinsen lijfgarde.
Hij huwde te Leeuwarden 14 Juni 1637 met Claer van Andrée, overl. 4 April 1697, oud 79 jaar. Haar grafzerk te Morra noemt haar Rixt van Andreae, aet. 80. Zij was de dochter van Joachim en van diens eerste vrouw Ansck Poppesdr. van Burmania en overleed kinderloos.
Portretten, geschilderd door onbekende meesters, in het museum te Leeuwarden en bij Mr. A.H. van Slooten te Leeuwarden.
Zie: Ph. Fleming, Oostende vermaerde .... belegheringhe enz. 267, 396; Fris. nob., 52; ten Raa en de Bas, Het Staatsche Leger V, 96, 476; Nederl. Heraut (1890), 243.
Regt