[Amsterdam, Wilhelmus van]
AMSTERDAM (Wilhelmus van), regulier kanunnik van de orde van St. Augustinus der congregatie van Windesheim in het klooster Mariënborn bij Arnhem, werd 1420 prior in het nieuw gestichte klooster Mariënhage te Woensel bij Eindhoven. Hij was een beroemd doctor in de medicijnen, gepromoveerd te Praag, en stond bekend als een godvruchtig en ijverig kloosterling. Hij bestuurde de nieuwe stichting in de twee eerste moeilijke jaren met zooveel beleid dat men hem, volgens Foppens en Schutjes, in 1422 aan het hoofd wenschte te zien van het klooster Groenendaal bij Brussel, waar hij echter niet voorkomt op de lijst der prioren, zooals Sanderus die geeft, Brab. Sac. II, 19 (ed. 1727). Slechts een jaar bestuurde hij Groenendaal, en keerde toen naar zijn geliefd Mariënhage weer, waar hij, volgens Foppens, omstreeks 1452 stierf als supprior. Wichmans, Brab. Mariana, 824, zegt, dat hij eerst Groenendaal bestuurde. Volgens het Necrologium van Groenendaal, in handschrift bewaard in de Koninkl. Bibliotheek te Brussel, en Latomus-Hoybergius was hij de 8ste overste en vierde prior van Groenendaal, keerde niet naar Mariënhage terug maar bleef in Groenendaal, waar hij supprior werd en overleed 1452.
Zie: Foppens, Historia episc., Silvaeduc. 270; Schutjes, Gesch. bisdom 's Hertogenbosch V, 948; Acguoy, Het klooster te Windesheim III, 80; Analecta Bolland. IV (1885), 260; Latomus-Hoybergius, Corsendonca sive coenobii Ord. Aug. de Corsendoncq origo et progressus (Antv. 1644), 135-136.
Fruytier