[Vigelius, Wilhelmus]
VIGELIUS (Wilhelmus). Heeren XVII zonden 7 Dec. 1622 met het schip ‘Leyden’ verscheiden gezinnen over en 31 jonge meisjes van tien tot twee en twintig jaren, bestemd om in Indië te worden uitgehuwelijkt. Ds. Wilhelmus reisde met zijn huisvrouw, zijn moeder en zijn zoon Pauwels Vigelius op ƒ 60 voor hem en zijn vrouw, ƒ 8 voor de moeder en ƒ 6 voor den zoon. De moeder kreeg gage, omdat zij naast de vrouw van Hans van der Voorde zou optreden als ‘moeder ende opsiender van alle de jonge dochteren’. Deze zoon Pauwels kan die Paulus Vigelius zijn, wien in 1660 met anderen het opzicht werd opgedragen over het bouwen der maleische kerk te Batavia.
Sinds komt de naam in Indië niet meer voor tot den indischen predikant Petrus Franciscus Vigelius, die 1871 promoveerde op Historisch kritisch onderzoek naar den schrijver van Joh. XXI, van dat jaar af tot 1884 de indische kerk diende en toen eervol ontslag verkreeg.
Zie: Coen, Brieven, uitg. Colenbrander, IV, 736 vlgg.; C.A.L. van Troostenburg de Bruyn, Biogr. Woordenbk. 456.
L. Knappert