[Raymaecker, Walter de]
RAYMAECKER (Walter de), Rademakers of Rotarius, priester der orde van de Eremieten-Augustijnen, geb. 1520 te Aardenburg (volgens Val. Andreas, Fasti en Reussens, Analectes). Hij overleed plotseling te Brugge 17 Januari 1590. Rotarius had de kloostergeloften afgelegd te Brugge; daarna zonden zijne oversten hem naar de universiteit te Parijs, waar hij den graad van baccalaureus en licentiaat in de godgeleerdheid behaalde. Vervolgens werd hij naar Leuven gezonden om aan de jonge kloosterlingen aldaar de theologische lessen te geven. Toen hij 1573 wederom prior was van zijn klooster aldaar, behaalde hij 14 April aan de universiteit den graad van doctor in de theologie. Aan de universitet werd hij dan legens en regens in de theologie. Hij bestuurde als prior ook het klooster te IJperen en Brugge. In Brugge besteedde hij al zijne krachten om in de stad de ketterij uit te roeien, zelfs op gevaar van zijn leven. Met gloeienden ijver predikte hij in zijn druk bezochte volkspreeken tegen de Hervormers. Zij vervolgden hem met bitteren haat en brachten hem meermalen in harde gevangenis. Telkens na zijne bevrijding begon hij nog onstuimiger op te komen tegen de plannen der Hervormers, en preekte tot den dag vóór zijn dood. 1578 werd hij uit de stad gebannen met alle kloosterlingen, totdat Parma Brugge weer onder de gehoorzaamheid van den Koning bracht. Lang werden nog de volgende werken van Walterus de Raymakere in handschrift bewaard: Super orationem Dominicam; Super salutationem angelicam; Super symbolum apostolorum; Sermones, in drie dikke deelen.
Zie: Valerius Andreas, Fasti academici (Lov. 1650), 124; Analectes hist. eccl. Belg. XXII (1890), 252; Keelhoff, Histoire de l'ancien couvent des Eremites de saint Augustin à Bruges (Brug. 1869), 227 (die ten onrechte meent, dat R. te Brugge geboren zou zijn); Sweertius, Athenae Belg. (Antv. 1628), 705.
Fruytier