[Merens, Maarten]
MERENS (Maarten) Claesz., geb. te Hoorn in 1544, datum van overlijden onbekend, zoon van Jan Martsz. Merens en Geertruyd Andriesdr. Boelens, gehuwd te Hoorn in 1562 met Maria Teunisdr. Verduyn, geb. 2 Febr. 1539, dochter van Teunis Dircksz., schepen aldaar. Hij was een schoon man en zeer ‘rap’, sloeg een bal over een kerk heen. In 1568 werd hij door Alva gezocht, omdat hij ter predicatie bij de Hervormden was geweest; hij ontkwam ter nauwernood. Merens werd verbannen en zijn goederen verbeurd verklaard; twee jaar woonde hij in het geheim in Engeland. Later kwam hij op de vloot der Watergeuzen en was 1 Apr. 1572 bij de inneming van den Briel. 13 Juni 1572 was hij een der hoofdpersonen, die Hoorn naar den Prins deden overgaan. Bij den slag op de Zuiderzee was hij 11 Oct. 1573 een der voornaamste vrijwilligers. In Hoorn was hij zeer gezien en toen Bossu daar gevangen zat, bezocht hij dezen dikwijls. Een obligatie op den Prins heeft hij uit liefde verscheurd.
Zie: Elias, de Vroedschap van Amsterdam I, 242; de Navorscher, deel 36, 60; van Groningen, Gesch. der Watergeuzen, 128.
Vogels