C. van Noorde: zelfportret; P. Sluiter: Atlas historique dl. 11; J. de Baen heeft een schilderij gemaakt naar de ets van Rom. de Hooghe, voorstellende de apotheose van Corn. de Witt, en J.M. Quinckhard heeft een schilderij gemaakt naar de ets van Romein de Hooghe, voorstellende Matt. Balen; beide schilderijen bevinden zich in het Rijksmuseum te Amsterdam.
Van zijn portret bestaan prenten door J. Houbraken, C.v. Noorde, J. Chr. Sysang en een onbekend kunstenaar; een miniatuur door N. Verkolje is in het Panpoëticon Batavum, 's Rijks museum Amsterdam.
Zie: A. Houbraken, De Groote Schouburgh der nederlantsche Konstschilders (Amsterdam 1718-29) II, 310, 331; J.C. Weyerman, De Levensbeschrijving der nederlandsche konstschilders (den Haag 1729) I, 93, III, 114; R.v. Eynden en A.v.d. Willigen, Geschiedenis der nederl. schilderkunst sedert de helft der 18de eeuw (Haarlem 1816-42) I, 426, IV, 153; v.d. Willigen, Les artistes de Haarlem (Haarlem et la Haye 1870) 181, 349; C. Kramm, De levens en werken der holl. en vl. kunstschilders etc. (Amsterdam 1857-64) III, 736, suppl. 184; Fr. D.O. Obreen, Archief voor nederl. kunstgeschiedenis (1877-1887) I, IV, VII; A.D. de Vries Azn., Biograf. aanteekeningen in Oud-Holland (1885), 154; S.G. de Vries, Brief van Romein de Hooghe in Oud-Holland (1892), 61; E.W. Moes, aant. 's Rijks Prentenkabinet Amsterdam, afd. prenten, afd. schilders; v.d. Kellen, Aanteekeningen 's Rijks Prentenkabinet te Amsterdam; kunstenaarsbrieven 's Rijks Prentenkabinet te Amsterdam; A. Bredius, Künstlerinventare (1661), P. 1720, U. 1987; A.M. Hind, A short history of etching and engraving (London 1908) 357; P. Kristeller, Kupferstich und Holzschmitt in 4. Jahrhunderten (Berlin 1905), 373; F. Muller, De Nederlandsche geschiedenis in platen (1863) No. 156, 210, 65, 492, 95, 501, 622, 72, 710, 772, 809, 43, 58, 71, 77, 904, 07, 09, 16, 42, 46, 2255a, 56a, 70b, 76, 84a, 85a, 94, 2302, 04, 07, 14, 16-18, 24,
27, 62, 79?, 83, 90, 2401-4, 1623?, 35a, 39, 45a, 62, 83?, 95, 2500, 04, 09, 12a, 15, 18, 19, 21, 23, 24? 25, 28? 30?, 31?, 32, 36?, 37?, 49, 59, 61, 65?, 69, 71, 77?, 78-80, 87, 88, 90?, 95, 2601, 02, 07, 18?, 21, 29, 36, 44, 67, 73?, 2706, 08, 13, 20, 22, 24a, 29, 30, 33-35, 37, 38, 43?, 51?, 80, 86, 93, 2804, 05, 27, 36, 38?, 51, 54, 62, 2905, 13, 34, 55, 90, 3011, 13, 17, 26 No. 2, al. II, bld. 27 en bld. 62, 3047, 3296, 3303, 04, 29, 43, 46, 57, 59, 3523, 3704, 4084, 6133, S24A, 458, 636, 54, 72,, 2233A, 70, 75, 76, 2374, 2442A, 77, 96A, 2506, 67A?, 74, 74A, B, 90, 2668, 90B, 2705, 54, 2811 11B, 16, 51?, 2928, 48A, 3007E, 11 Ac. 13, 17, 196B, 3291?, 95-2619B; A.v. Wurzbach, Niederl. Künstlerlexikon I, 718; Knuttel, Cat. v. Pamfl. nrs. 13534-13553.
J.M. Blok