[Hardenbroek, Gijsbert van (7)]
HARDENBROEK (Gijsbert van) (7), overl. einde 1653, of begin 1654; zoon van Jcachim (kol. 704) en van Johanna van Heerjansdam.
Hij was heer van Heerjansdam, dat hij in 1637 van zijn moeder erfde, deken van het kapittel van St. Pieter te Utrecht en sedert 7 April 1643 maarschalk van Abcoude (het Nederkwartier). Bij zijn overlijden liet hij niets na en Heerjansdam werd tot dekking zijner schulden in 1654 verkocht. Hij huwde eerst te 's Gravenhage, Gr. Kerk, 27 Aug. 1641 met Jacoba of Jacobmina van Reede van Renswoude, geb. in 1618, overl. te Utrecht in October 1646 (overluid 9 Oct.), begr. in de Catharinakerk; dochter van Johan (dl. III. kol. 1037) en van Jacoba van (den) Eede; en hertrouwde met Maria Angela Pynssen van der Aa, overl. in 1681, zuster van zijn zwager Otto, en dochter van Willem, gouverneur van Rees, en van Geertruyd van Lawick. Uit het eerste huwelijk sproten drie kinderen, waarvan Hendrik Gijsbert hierna volgt.
Een portret, vermoedelijk van Jacoba van Reede van Renswoude, geschilderd door J. van der Gracht in 1646, berust op het kasteel Hardenbroek.
Zie: Genealogie van H. in hs.; Moes, Catal. v. Portr. no. 6276.
Regt