[Grambusch, Johannes]
GRAMBUSCH (Johannes), geb. te Dulken (hertogdom Gulik) 17 Febr. 1711, overl. te Buren 11 Mei 1787. Reeds in 1712 verhuisden zijne ouders naar Venlo. Hij studeerde te Utrecht, werd in Sept. 1730 reeds predikant te Zegveld, op 13 Dec. 1733 adjunct-predikant te Venlo, tevens rector van de latijnsche school aldaar. Dit laatste ambt legde hij neer, toen in 1739 zijn ambtgenoot overleed en hij alleen tot den vollen dienst geroepen werd. Sedert 1757 werd hij op zijne beurt door een adjunct-prediker geholpen, totdat hij in 1769 met verlof te Buren ging wonen, waar hij stierf. Zijne vrouw, die hij in 1739 huwde, Dina Adriana Mesch, overleefde hem.
Hij schreef: Vreede toegewenst alle tijdt, in allerlei wijze aan de Kerk en het Landt in het gemeen, en aan de Gemeente te Venlo in 't bijzonder, op de eerste dag van het Vredes-Jaer 1749 (Delft 1749); De Staat der Gereformeerde Kerkgemeente, in het opperquartier van Gelderland, bijzonder te Venlo, voorgevallen bij den aanvang der Reformatie en verders tot op dezen tijd vervolgd (Nijm. 1789).
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. van Prot. Godgel. in Ned. III, 322; A. le Roy, Iets uit de geschiedenis der Protest. Gem. van Venloo (Leid. 1883).