Johannes Walteri, die nog geen enkele orde had ontvangen, geplaatst in de Norbertijnerabdij te Floreffe. 1579 komt hij voor op de lijst ingediend bij de gecommitteerde raden van Zeeland als Jan Eewoutse. Deze komt niet voor onder de geälimenteerde kanunniken door de Staten van Zeeland. Niet gelukkig was de uitgever van de lijst van 1579 in het identifiëeren der verschillende Norbertijnen van den naam Johannes. Hij wil Joh. Eewouts vereenzelvigen o.a. met Joh. Lovaniensis en Wouter Woutersz met Joh. Walteri, doch op de lijst van 1574 komen ze alle drie als afzonderlijke personen voor. Johannes Walteri ging naar Floreffe; Johannes Lovaniensis naar Grimbergen en een Walter a Wijck, verm. Walter Woutersz, naar Park. De abt van Park geeft in zijn lijst van 1595 der nog in leven zijnde Norbertijnen van Middelburg aan, dat Johannes Walteri van 's Gravenhage resideerde tot Overpelt onder Luik. Waarschijnlijk was hij daar werkzaam in de parochie, die toebehoorde aan de abdij Floreffe.
Zie: Bijdragen bisdom Haarlem XXII, 233; Archief Zeeland (1907) 169; J.J. de Smet, Corpus Chron. Flandr. I, 728.
Fruytier
Auteursrecht onbekend