[Bogaerts, Petrus Wilhelmus]
BOGAERTS (Petrus Wilhelmus), geb. te Aalst bij Eindhoven, volgens Habets te Eindhoven, overl. te Weert Jan. 1758, behaalde 1717 als student der filosofie te Leuven in het Verken de derde plaats bij de promotie. Hij was leerling van het Pauscollege, diaken en baccalaureus der theologie, toen hij 1721 tot professor der filosofie in het Verken werd aangesteld. Krachtens het voorrecht der universiteit werd hij 1724 tot pastoor te Weert benoemd. Deze benoeming werd betwist, doch krachtens een uitspraak van den gelderschen senaat bevestigd, 30 Oct. 1726. De bisschop van Roermond benoemde hem 4 Febr. 1744 tot landdeken van het district Weert; hij bestuurde met ijver zijne parochie en dekenaat tot zijn dood. Door Reussens wordt hij vermeld als een der weldoeners van het huis Standonk voor arme studenten; wellicht wordt hij hier echter verward met P. Boogaerts (kol. 153), welke beurzen stichtte voor de paedagogie Standonk, gewoonlijk het Verken genaamd.
Zie: Analectes hist. eccl. belg. XX (1886), 267, XXI (1888), 197; Habets, Gesch. Bisdom Roerm. III, 373; Privilegia Academiae Lovaniensi concessa (Lov. 1729) II, 590-92.
Fruytier