BERLICUM (Evermodus Joannes van), geb. te 's Hertogenbosch 15 Dec. 1622, overleden te Diest 11 April 1670, werd 13 Febr. 1645 geprofest in de Norbertijnerabdij te Tongerloo. In 1653 werd hij kapelaan te Tilburg, 1656 lector der theologie en kapelaan te Tongerloo. 1658 behaalde hij aan de universiteit te Leuven den graad van licentiaat in de godgeleerdheid. 14 Dec. 1663 werd hij aangesteld tot pastoor te Diessen. Jan. 1667 benoemde hem de vicaris Houbraken tot deken van Hilvarenbeek. 23 Nov. 1668 werd hij door zijn abt aangesteld als proost van de St. Sulpitiuskerk te Diest, waar hij overleed aan een beroerte. Van Berlicum was een zeer welsprekend kanselredenaar, die gaarne door het volk gehoord werd.
[pagina 106]
[p. 106]
Zie: Schutjes, Gesch. Bisdom den Bosch, I, 267, III, 449; Goovaerts, Ecrivains de l'ordre de Prémontré I, 52; van Spilbeeck, Nécrol. Eccl. B.M.V. de Tongerloo (Tongerl. 1907) 70.