reisde vervolgens naar Zuid-Frankrijk en Italië en keerde eind 1623 weer te Brussel terug. De aartshertogin stelde hem in staat in zijn levensonderhoud te voorzien. Dat hij tot de Katholieke kerk is overgegaan en in spaanschen dienst zou zijn getreden, is ten onrechte verbreid. In den tijd van zijn verblijf in het zuiden onderhield hij eene vrij drukke correspondentie met Huig de Groot. Daarin doet hij zich van een betere zijde kennen dan door zijn verleden.
Hij was gehuwd met Walburg van Marnix, vrouwe van Souburg, dochter van Marnix. Zij liet zich van hem scheiden na zijne vlucht uit de Nederlanden en hertrouwde met Willem van Dordt.
Schilderijen door O. van Veen te Versailles. Onbekend 1634 Rijksmus. Amst.
Prenten door Vinkeles en Bogerts.
Zie: brieven van hem, uitgegeven door Rogge in Kron. Hist. Gen. 29 en Bijdr. Hist. Gen. 1903, 343, 401. Verder Brandt, Hist. der Reformatie IV: Carleton, Lettres II; Wagenaar, Vaderl. Hist. X, Kron. Hist. Gen, IV, V, X; Rogge, Brieven van en aan Maria van Reigersberg (Leid. 1902) en dez. in Onze Eeuw 4, 292 vg.; Wagner in Maandbl. Ned. Leeuw XXXIII, 1915 (210); Wiersum, Bijdr. voor Vaderl. Gesch. en Oudh. V, R. VI. Voor andere artikelen zie Petit's Repertorium.
Haak