[Herport, Albrecht]
HERPORT (Albrecht), geboortig uit Bern (Zw.), trad 25 Mei 1659 te Amsterdam in militairen dienst der O.I.C. en vertrok reeds 4 dagen later met de ‘Malacca’ over de Kaap de Goede Hoop naar O.I., waar hij 29 Dec. d.a.v. te Batavla aankwam. Na een tijd lang daar vertoefd te hebben, ging hij met een vloot van 13 schepen onder admiraal Jan van der Laen 21 Juni 1660 over Macao naar Formosa, waar hij 5 Oct. aankwam. Daar bleef hij op Tai-wan in garnizoen, woonde de geheele belegering door den Chineeschen zeeroover Coxinga bij en vertrok, na de capitulatie, met de overgebleven bezetting naar Batavia, waar zij 28 Maart 1662 aankwamen. Na eenige maanden toevens aldaar, ging hij nog in hetzelfde jaar met een hulpvloot onder Admiraal en majoor Jan van der Laen naar de kust van Malabar en Ceilon, waar hij in de lijfwacht van van der Laen alle krijgsbedrijven onder Ryklof van Goens medemaakte. Eerst in Jan. 1667 keerde hij naar Batavia terug en voer in Oct. van dat jaar huiswaarts; den 28en Mei 1668 was hij weder te Amsterdam terug. Hij gaf te Bern in 1669 uit: Eine kurtze Ost-Indianische Reisebeschreibung etc.’ Daar hij zelf de teekenkunst beoefende, zijn de platen natuurgetrouw en is ook zijn verhaal, als dat van een ooggetuige, belangrijk. In het Nederlandsch vertaald, verscheen het in 1671, tegelijk met die van Saar (zie dit deel) en van Iversen bij J. Rieuwertz en P. Arentsz te Amsterdam.
Zie: Tiele, Ned. Bibliogr. v.L. en Vk. (1884).
Mulert