nacht van Nes, doch kort daarna eerste kapitein op de Zeven Provinciën, het admiraalschip van de Ruyter. In 1676 is hij in de Middell. zee en is commandant van het vlaggeschip bij het sneuvelen van de Ruyter.
Hij werd vice-admiraal in 1689 en luitenant-admiraal in 1697 en was als zoodanig bij de verovering van Gibraltar in 1704. Na dien tocht is hij niet meer naar zee geweest, doch sleet de laatste jaren van zijn leven te Vlaardingen als lid van de Vroedschap, schepen en burgemeester.
Zijn portret is gegraveerd door J. Houbraken en door P. Tanjé en gelithographeerd door T.H. Weissenbruch naar de schilderij door J. Vollevens (1718) in het Rijksmuseum te Amsterdam.
Zie: de Jonge, Geschiedenis van het Zeewezen; D.F. Scheurleer, Herinneringsdagen uit de Nederl. zeegeschiedenis.
Herman