aangenomen, doch hij verwachtte er niet veel van. Uit een brief van 15 April aan den apostolischen vicaris de la Torre blijkt, dat door het Hof van Utrecht aan W. veiligheid is toegezegd en aan alle ambtenaren was verboden, hem ook om zijn veroordeeling moeilijkheid te veroorzaken. Hij mocht alleen niet in de stad Utrecht zelf wonen en daarom begaf hij zich naar Amersfoort en later naar Culemborg.
Door den nuntius Fabius Chigi berispt over zijne goedkeuring van het boek ‘Augustinus’, schrijft hij 29 April 1642 een brief om zich te verdedigen. Hij meent, dat de nuntius over de leer der Jansenisten niet goed is ingelicht; hij zegt, dat hij het boek van J. heeft aanbevolen, alleen gedreven door liefde voor de waarheid en de heilzame leer, welke naar zijn meening geheel en al overeenkomt met de leer van den H. Augustinus, vooral in zijn boeken tegen de Pelagianen. Maar hij heeft het aanbevolen met algeheele onderwerping van zijn oordeel aan den Apost. Stoel, den zetel der onfeilbare waarheid, en hij was bereid te herroepen, als het verkeerd was geweest.
Zijn door J. van Wijckersloot geschilderd portret in de kerk der Bisschoppelijke Clerezy te Utrecht. Gravures door F. Bloemaert en Corn. Visscher.
Zijn portret staat in van Heussen - van Rijn, Kerkel. Hist. en Outheden (folio-uitgave) II, 82. In het boek van Rovenius, Institutionum christianae pietatis libri IV schreef Wachtelaar als inleiding ‘ad lectorem’ een 12-regelig latijnsch gedicht. Van Heussen schrijft in de Batavia Socra II, 111, dat hij van Wachtelaar in MS. in bewaring heeft een compendium van de geheele leer van S. Augustinus en Consensus Evangelistarum circa Dominicam Passionem etc.
Zie: van Heussen, Batavia Sacra II, 72-73, 110-112; Hoynck van Papendrecht, Hist. Eccl. Ultraj. register en 99-100, 240; Archief Aartsb. Utrecht II; IV; VI; X; XIV; XVIII; XX; XXXIII; XLI; XLIII; (registers); Bijdragen Bisdom Haarlem I; II; V; VII; (zie registers); Bijdragen voor de Gesch. der R.K. Kerk in Ned. 1e en 2e stuk (Rott. 1888, 1892), register; Knuttel, Toestand der Ned. Kath. ten tijde der Republiek I, 141-144; Revius, Dav. illustrata 716-722; Brom, Archivalia in Italie I en III, register; Aitzema, Saken van Staet en Oorlogh II, 669-672; Broedersen, Quinque Tract. Hist. I, 95; Fruin, Dusseldorpii Annales, register.
Janssen