[Corstius, Melchior (2)]
CORSTIUS (Melchior) (2), oudste zoon van den vorige, geb. 10 Oct. 1774 te Velp, gest. 22 April 1844 te Beerta, stud. te Groningen (ing. 2 Sept. 1790), pred. te Sellinge (1797-99), Cirkwerum in Oost-Friesland (1799-1801), Stedum (1801-15), Beerta (1815-44). Hij was een vriend van den bekenden predikant R. Engels te Nieuwolda, die een lijkrede op hem hield. Hij gaf in het licht: De christelijke Menschenvriend in verhalen voor burgers en boeren (uit het Hoogd. vert., Gron. 1806); Tweetal redevoeringen ter aanbeveling der belangen van het Bijbelgenootschap (in vereeniging met H. Bouman, Gron. 1819); De apostelen van Jezus in hun leven en daden geschetst (uit het Hoogd. vert., Gron. 1823); Handboek der Christel. Geloofsleer (Gron. 1829); Verkort handboek der Chr. geloofsleer ten dienste van minvermogenden (Gron. 1836); Proeve van betoog van het groote belang der kennis en des geloofs aan de godheid van onzen Heer Jezus Christus (Rotterdam 1837); Tiental nagelaten leerredenen met een voorrede door J. Corstius (Gron. 1845).
Zijn portret is door C.C. Fuchs naar W. Lubbers in prent gebracht.
Zie: Visscher en van Langeraad, Het Prot. Vaderland, II, 272, 273; Gron. Volksalm. 1914, 106, 112.
Wumkes