[Burman, Frans (4)]
BURMAN (Frans) (4), zoon van Frans (2) en Elizabeth Thierens, geb. te Amsterdam 3 October 1708, overl. te Utrecht 10 Apr. 1793, studeerde te Leiden (ingeschr. 18 Sept. 1720) werd in 1732 predikant te Katwijk aan den Rijn, in 1736 te Nijmegen beroepen, en vertrok vandaar naar Utrecht, waar hij in 1743 hoogleeraar in de godgeleerdheid werd. Hij aanvaardde dit ambt 23 September van dat jaar met eene Oratio de theologi docentis munere. 28 Maart 1746 Rector-Magnificus geworden zijnde, legde hij die betrekking neder met eene Oratio de recte Deum cognoscendi et colendi modo. Ook zag hij zich in 1771 het hoogleeraarsambt in de kerkelijke historie opgedragen. Hij was 15 Sept. 1737 te Nijmegen gehuwd met Anna Geertruid van Leeuwen.
B. was een zeer ijverig hoogleeraar en nog op tachtigjarigen leeftijd werkzaam. Zijn portret is door J. Folkema gegraveerd naar J.M. Quinkhard.
Zie: Visscher en van Langeraad, Prot. Vadertand I, 714; J.G. Burman Becker, Notices histor. et généal. sur la fam. Burman 12.
Molhuysen