Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 4
(1918)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 339]
| |
werd in 1793 ondermeester te Alphen en verwisselde die betrekking twee jaar later met een dergelijke te Linden. Drie jaar daarna als onderwijzer der jeugd te Meern benoemd, werd hij in 1800 tot eersten onderwijzer bij de Stads-Armenschool te Leiden aangesteld. Hier oefende hij zich onder leiding van den hoogleeraar Simon Speyert van der Eyk in de hoogere wiskunde, bij welke studie deze zich bediende van Fransche werken, o.a. van Cramer, Introduction à l'analyse des lignes courbes algebriques (1750). Om dit werk met succes te kunnen gebruiken, leerde hij eerst de fransche taal en ging het toen vertalen. Brunt was als onderwijzer zeer geacht en overleed 6 Maart 1803. Hij schreef: Eerste beginselen der Rekenkunde, 4 st. waarvan in 1806 een herdruk verscheen en dat later door Nicolaas Anslijn Nz. opnieuw werd uitgegeven. Zie: J. van Geuns, Bericht aangaande het teven van wijlen Jan Brunt (1803). Zuidema |
|