Zijn meest bekend dichtwerk van 60 bldz. is een gelukwensch aan zijn tante Magdalena van Wissekercke, op haar vijftigjarig feest als religieuse. Hieruit vooral blijkt zijn begaafdheid op het gebied der vaderlandsche letteren.
Zie: H.J. Allard in Het Jaarboekje van Alberding Thijm 1893, 59; Studien XXXV, 125; Vaderlandsch Museum II, 223; C. Sommervogel, Bibliothèque d.l. Comp. de Jésus (Bruxelles 1890) VIII, 1175.
Derks