[Vollenhoven, Joost van]
VOLLENHOVEN (Joost van). Zelden heeft Rotterdam een meer populairen burgemeester gehad dan Joost van Vollenhoven, in 1814 geboren als zoon van Joan van Vollenhoven en Mattha Cornelia van Stolk, overl. 28 Sept. 1889. In 1847 kiezer geworden, werd hij in 1849 tot lid van den Raad gekozen, in 1850 tot lid van de Provinciale Staten, in 1857 tot wethouder en in 1866 tot burgemeester benoemd. Hoe sympathiek deze benoeming aan de rotterdamsche burgerij was, bleek wel uit de feestvreugde, die 5 Juni 1866 te Rotterdam heerschte.
In 1863 werd hij lid van de 1ste Kamer der Staten-Generaal (Vorsterman van Oyen vermeldt ten onrechte, dat hij ook lid van de 2de Kamer is geweest). In 1881 trad hij af als burgemeester. Zijn buste in marmer, gebeeldhouwd door J.Th. Stracké, werd nog hetzelfde jaar in het raadhuis geplaatst.
Hij huwde 5 Oct. 1836 met Mattha Cornelia van Stolk en 4 Sept. 1839 met Catharina Maria Rochussen.
Wiersum