[Twist, Albertus Jacobus Duymaer van]
TWIST (Albertus Jacobus Duymaer van), geb. te Puttershoek 3 Jan. 1775, overl. te Groningen 27 Nov. 1820, zoon van den predikant Jan D. van T. en Anna Lamberta Graadt. Hij studeerde te Leiden, waar hij 13 Sept. 1792 als jur. stud. werd ingeschreven en in 1796 tot dr. in de beide rechten promoveerde op een dissertatie: de Mulieris in repetenda dote inter caeteros mariti creditores privilegio, ejusque usu in foro Hollandico (Lugd. Bat. 1796). Na eenigen tijd als advocaat in den Haag werkzaam te zijn geweest, werd hij in 1797 hoogleeraar in de rechten aan het athenaeum te Deventer. In 1798 stond hij op een voordracht te Harderwijk, werwaarts hij in 1801 werd beroepen. Dit werd door hem afgeslagen, terwijl hij in 1802 een benoeming aan de hoogeschool te Groningen aannam. Daar inaugureerde hij met een rede: de Sapiente legislatore civili. Te Groningen was hij tot zijn dood met roem werkzaam, als hoofd eener school, waarin het romeinsche recht alleen middel, geen doel was. Hij heeft zich daardoor voor de zelfstandige beoefening van het nederlandsche recht verdienstelijk gemaakt, een krachtig medestander tegen de overheersching van romeinsch recht in onderwijs en practijk vindend in zijn ambtgenoot Gratama, die later zijn colleges over hedendaagsch recht voortzette. 12 Oct 1809 hield hij als aftredend rector een bekende: Oratio de iis, ad quae Codicis Napoleontei Hollandi doctor, ad saluberrimum regis, hunc perferentis, consilium sua docendi ratione adiuvandum inprimis attendat (Gron. 1809), in nederlandsche vertaling opgenomen in het R. Magazijn van prof. Gratama, 367 vlg. Zijn handschriften over groningsch recht zijn in 1878 door zijn familie aan de bibliotheek van het genootschap ‘Pro
Excolendo Jure Patrio’ te Groningen geschonken.
Hij huwde te Deventer 1 Juni 1800 met Judith van Loghem. Hun zonen Jan en Albertus Jacobus gaan voor (II kol. 1459, 1460). Zijne verdiensten voor het nederlandsche recht zijn uiteengezet door S. Gratama in diens Redevoering (Gron. 1821) (= Pamflet Knuttel no. 25046).
Zie verder: Bouman, Geldersche Hoogeschool II, 525, 536; Geneal. en Heraldische Bladen II (1907) 465 vlg; Boeles, Levensber. achter Jonckbloet, Gedenkboek.
van Kuyk