Groningen, waar hij den Raad eene uiteenzetting gegeven zou hebben, volgens welke Friesland met Leeuwarden Philips zou toebehooren als graaf van Holland. Groningen stond daarbuiten - ook al had Albrecht wellicht andere voorstellingen daarvan gegeven, hetgeen dan niet geweest zou zijn in opdracht van Maximiliaan en Philips. Integendeel, de laatste zou, zoo noodig, de Saksers dwingen het beleg van Groningen op te breken.
Nu wisten de Groningers, waaraan zij zich te houden hadden, op de vastgestelde, weldra nabijzijnde bijeenkomst te Vollenhove; gaarne zou Philips een gezantschap van hen te gemoet zien en alles doen, wat men billijkerwijze van hem verwachten mocht. Wel verminderde de val van Leeuwarden den staat van zaken merkbaar, doch niet minder kreeg de bourgondische gezant last op de bijeenkomst te Vollenhove (Oct. 1498) zooveel mogelijk in den geest van zijn heer werkzaam te zijn. Het eenige resultaat was een wapenstilstand, waartoe Philips' gezant zou hebben meegewerkt om tijd te winnen; deze zou duren tot 2 Febr. 1499, maar werd toen verlengd tot 23 April. Op 19 Febr. zou de veete te Woerden opnieuw behandeld worden, hetgeen echter, door afwezigheid van Albrecht, eerst 22 April plaats had.
Te voren waren deze en Philips, door tusschenkomst vermoedelijk van Maximiliaan, het over het bezit van Friesland eens geworden. Swaeff verdwijnt dan ook bij de onderhandelingen van dezen en den volgenden tijd naar den achtergrond. En heel duidelijk is, hetgeen Schotanus, de kroniekschrijver, verhaalt (fol. 486), dat namelijk, toen v. Leisnig (zie art.), in het gebied van Groningen gevallen was, Swaeff, die geruimen tijd in die stad aan zijne taak gewerkt had, voor haar bij dien stadhouder te Aduard optrad en hem verzocht haar te sparen als zijnde in de hulde van Philips getreden; doch dat gene, hem niet geloovende, daarop een boodschapper naar Brussel gezonden had en van den aartshertog ten antwoord kreeg, dat de gezant zonder zijn, Philips', last gehandeld had.
Behalve de oude kronieken zie men: Tegenwoordige staat der Vereenigde Nederl. (Stad en Lande) XX, 219; Diest Lorgion, Gesch. Beschr. van Groningen I, 340, 342; W. Zuidema, Wilhelmus Frederici 63, 79, 80, 81; O. Sperling, Herzog Albrecht der Beherzte 23.
Kooperberg