[Huberts, Arnoldus Franciscus]
HUBERTS (Arnoldus Franciscus), geb. te Harderwijk, overl. te Duiven 30 Sept. 1848. Hij werd priester gewijd in 1813, was achtereenvolgens kapelaan te Oosterholt en Huissen, en werd in 1818 pastoor te Zutphen. Hier ondervond hij vele onaangenaamheden met het kerk- en armbestuur. Op 1 Dec. 1837 werd hij verplaatst naar Wehl en in 1846 naar Duiven. Hij schreef: Het H. Avondmaal, of leerstellig onderzoek, wat Jezus aan zijne Leerlingen in het laatste Avondmaal heeft gegeven, toen Hij hun zeide: Neemt en eet: Dit is mijn Lichaam. Math. XXVI, 26, voorgesteld bij gelegenheid der jaarlijksche feestviering op H. Sacramentsdag te Huissen in den jare 1818 (Dev. 1818): Catechismus of beknopt onderwijs in de leering van de christelijke katholieke godsdienst (Arnh. 1847). Achter het eerste werkje voegde hij: De laatste Leerrede, zijnde eene overdenking over den dood van onzen Heiland, voorgedragen door zijn broeder: Adrianus Nicolaus Huberts, geb. te Harderwijk, overl. te Zutphen 1818.
Deze broeder studeerde te Gemert en 's Heerenberg en werd 8 Juni 1816 te Munster priester gewijd. In 1817 werd hij kapelaan te Elst en later te Zutphen.
Zie: Minerva. Letterk. Tijdschr. voor godsd. wetensch. en kunsten. Mengelingen 1819, 381; 1820, 258; Arch. Aartsb. Utr. XXVIII, 410, 430-441.
van der Heijden