Mandemaker in den Haag geplaatst te worden. Van dezen vooral als auctionaris bekenden boekhandelaar ging hij als bediende naar J.F. Thieme te Nijmegen, wiens uitgebreide zaak hij gedurende een ernstige ziekte van den patroon een tijdlang bestuurde. In 1837 nam hij den boekhandel van Mandemaker te 's Gravenhage over en trad in het huwelijk met Carolina Geertruida Thieme, een zuster van den nijmeegschen boekhandelaar. Begaafd met vele talenten, buitengewoon werkzaam, ondernemend en eerzuchtig van aard, gaf Fuhri zich met volle toewijding aan het vak zijner keuze over en was hij een korte reeks van jaren een sieraad voor den nederlandschen boekhandel, dien hij in nieuwe banen wist te leiden.
Van zijn talrijke uitgaven noemen wij: Tractaatjes voor jongelieden uit den begaafden stand, onder redactie van C.E. van Koetsveld (1839-47); het jaarboekje Aurora, onder redactie van J.I.D. Nepveu en S.J. van den Bergh (1840 e.v.); Het leven van prins Willem I, rijk geïllustreerd met platen en portretten van H.F.C. ten Kate e.a., de tekst van Fuhri zelf (1844); de Geillustreerde Courant, uitgeg. in vereeniging met G.J.A. Beijerinck (1843); De Tijdspiegel, onder redactie van B.T. Lublink Weddik en K. Meppen (1843-52; later voortgezet door Fuhri's leerling D.A. Thieme); de Kindercourant (1852-56; voortgezet door Van Hoogstraten); de Kunstkronyk, uitgeg. ter aanmoediging en verspreiding der schoone kunsten (1840-49; voortgezet door F.'s leerling A.W. Sijthoff); Groot Nederlandsch Prentenboek, met bijschriften van W.J. van Zeggelen en A. Ising, met 700 houtgravuren (1847); Woordenboek in vier talen, door een vereeniging van taalkundigen (1847; latere uitg. bewerkt door J.M. en N.S. Calisch); Omnibus, Nederl. prentenboek voor jongens en meisjes, onder redactie van J.P. de Keijser (1849 e.v.); Nieuwenhuis' Woordenboek v. kunsten en wetenschappen (1850-62, door Fuhri aangekocht van J.F. Thieme te Nijmegen en door hem verkocht aan A.W. Sijthoff te Leiden); Het Leesmuseum, een bloemlezing uit de buitenlandsche letterkunde, onder redactie van C.M. Mensing en L.C. Cnopius (1852 e.v.); het Nederl. Athenaeum, Nieuwsblad voor wetenschap, kunst en letteren, onder redactie van Dr. J. Tideman, A.
Ising en J.B. Rietstap (1853); De oorlog; geschiedenis der tegenwoordige krijgsgebeurtenissen in Europa (Krim-oorlog), onder redactie van A. Ising en T. van Westhreene Wz. (1854); Tooneelen, karakter-schetsen en kleederdrachten van Java's bewoners (1855) en Atlas van Nederl. Oost- Indië, door J. Pijnappel (1855).
In 1855 vertrok Fuhri, door tegenspoed in zijn al te groote ondernemingen teleurgesteld, naar Amerika, waar hij te New-Orleans een nieuwen boekhandel oprichtte, doch reeds drie jaar later op nauwelijks 44-jarigen leeftijd aan de gele koorts stierf. Zijne zaken in het moederland waren in 1856 te 's Gravenhage ontbonden.
Zie: A.C. Kruseman, Bouwstoffen voor een geschiedenis van den Nederl. boekhandel I (1886), 783.
Zuidema