[Ekker, Arnoldus]
EKKER (Arnoldus), rector van het gymnasium te Utrecht, geb. 6 Febr. 1799 te Vollenhove en overl. 1 Aug. 1879 te Utrecht. Hij studeerde van 1817-22 aan de hoogeschool dezer stad in de letteren, en promoveerde 10 Juni 1822 op een Specimen inaugurale in Protagorae apud Platonem fabulam de Prometheo et generis humani ad humanitatem progressione. Na eerst een jaar als praeceptor aan het gymnasium te Middelburg werkzaam geweest te zijn, ging hij in 1823 naar Utrecht, waar hij eerst praeceptor (tot 1833), daarna conrector en vervolgens rector van het gymnasium werd. De laatste betrekking vervulde hij van 1849-1872, toen hij gepensionneerd werd. Juist 50 jaren was Ekker dus bij het voorbereidend hooger onderwijs werkzaam, en naar de getuigenis zijner tijdgenooten, op zeer loffelijke wijs. Hij was gehuwd, sedert 1822, met G.M. Epkema (de oudste dochter van den rector van het middelburgsch gymnasium) bij wie hij vier kinderen had.
Ekker schreef behalve zijn reeds genoemde dissertatie een aantal opstellen in de Symbolae Literariae I (1837) 67; IV (1841) 1 en 1842-48 passim), in het Tijdschrift voor de Nederl. gymnasiën (1860-65) en was redacteur van de Miscellanea philologa et paedagogica 1849-51. Verder heeft men van zijne hand een Disquisitio critica de fontibus et auctoritate Cornelii Nepotis (bekroond antwoord op een door het Utrechtsch Genootsch. uitgeschreven prijsvraag); Plutarchi Cimon (1843), de Hieronymusschool te Utrecht (Utr. 1863-4) 2 dln. en een Nederl.-Latijnsch Woordenboek (1875), dit laatste in vereeniging met Dr. F. van Cappelle (II kol. 299) geschreven.
Zie: Weekbl. voor Lager, Middelb. en gymnasiaal onderwijs, 1879; Rotterd. Librye 1890, 1.
Zuidema
Auteursrecht onbekend