[Clant, Otto (2)]
CLANT (Otto) (2), in Scharmer, zoon van Henrich (zie op Allart (1)) en van Maria Cater, werd in 1413 door de Schieringers gebannen en in 1422 met hen verzoend. In 1424 werd hij door de Groningers naar Emden gezonden als afgevaardigde naar graaf Ulrich van Oost-Friesland.
Raadsheer en burgemeester te Groningen in onderscheidene jaren tusschen 1427 en 1457. Hij bezat binnen Groningen een huis in ‘den Krummen Yate’ (Krommen Elleboog). Misschien woonde hij daarin.
Zie: Emmius, Series Consulum; Driessen, Monumenta Groningana, 685.
Regt