[Ackerman, Hendrick Jansz.]
ACKERMAN (Hendrick Jansz.) was schepen te Amsterdam in 1470, 73 en 76 en werd in 1492 tot lid der vroedschap gekozen. In het voorjaar van 1475 was hij de aanvoerder der amsterdamsche poorters, die naar Nuis werden gezonden om Karel den Stoute bij het beleg dezer stad te steunen, terwijl hij tevens de belangen van den handel van Amsterdam bij den hertog behartigde. In hetzelfde jaar pleitte hij eveneens voor den amsterdamschen handel bij koning Christiaan van Denemarken, die toen te Kampen vertoefde.
Van 1477-1482 was hij baljuw van Gooiland. 16 Sept. 1489 kochten hij en zijne vrouw Symon zich in als proveniers in het St. Anthonisgasthuis. Hij wordt nog genoemd in eene akte van 10 Juli 1499, doch 31 Mei 1503 komt zijne vrouw als weduwe voor.
Zijn kleinzoon Pieter Jansz. Ackerman, eveneens schepen en raad van Amsterdam, huwde met Geertruyd Willemsdr. Boom, uit welk huwelijk o.a. werden geboren Pieter Pietersz. Ackerman (1497-1572), lakenkooper, die in 1564 op den voorgrond trad onder de burgers, die eene doleantie tegen den magistraat bij de landsregeering indienden, en Cornelis Pietersz., lijndraaier en scheepsbouwmeester, een der voornaamste aanhangers der reformatie, die zich, naar zijne moeder, Boom noemde en de stamvader werd van het regentengeslacht van dien naam.
Zie: ter Gouw, Gesch. van Amsterdam. Elias, Vroedsch. van Amsterdam; Veder, Het archief der Gasthuizen te Amsterdam.
Breen