vertrokken, aanvankelijk aan zijnen broeder, graaf Alexander, met de regenten het bestuur had overgelaten. In Mei 1504 kwam hertog George zelf en vaardigde reeds in Juli del beroemde saksische ordonnantie uit, die Truchses den rang gaf van voorzitter van het genoemde college, al teekende hij zich eenvoudig - als de anderen - ‘regent’. Lang heeft het bestuur dier regenten niet geduurd; reeds 16 Juli 1506 werden op een gemeenen landdag, te Leeuwarden gehouden, de regenten, door genoemden hertog aangesteld, weder afgezet.
Van Waldburg vernemen we dan hier te lande niet veel meer, althans niet van dezen Wilhelm. Van George Truchses v. Waldburg, den veldheer van den Zwabischen Bond, die gedurende den Boerenkrijg in Zwaben en Frankenland zoo wreed optrad, was hij een neef. Wat Wilhelm betreft, hij schijnt tweemaal gehuwd te zijn geweest. Eene zijner vrouwen was Sibbel Dyes Wuytza, die in 1528 de state Wuytza vermaakte aan hare dochter Margaretha (?) en haren man Albert van Arentsma. Als evenwel juist is de opgave, dat hare moeder eene nicht van hem, Sibylla Truchses, dochter van Andreas, is geweest en wel uit den tak ‘toe Sonnenberg’, waaraan m.i. op goede gronden niet meer getwijfeld mag worden, dan zou Sibbel Wuytza de tweede vrouw van heer Truchses v. Waldburg geweest zijn en zou zij aan de (vermoedelijke) voordochter van haar man, die bij Sibbel dan wellicht geene kinderen kreeg, hare state Wuytza geschonken hebben. Uit dat eerste huwelijk zouden dan vier zoons Jacobus, Otto, Wilhelmus, en Christophorus) en eene dochter (Catharina) gesproten zijn.
Van Margaretha komt hier nog een (stief?) broeder voor, Christophorus of Christoffel, 1528 pastoor te Goutum, en 7 Nov. 1535 overleden; denkelijk de laatstgenoemde.
Zie: Inventaris van het Archief van Leeuwarden; W. Eekhoff in Vr. Fries XII (1873) 215-222; A.J. Andreae, Het geslacht Truchses in Alg. Ned. Fam. Blad VI (1889); Jaarb. fr. Adel 1885, 69, 71, 77, 78; Stbk. v.d. Fr. adel (op Arentsma) ook nalezing II dl. 7a; Fr. Adelaar 1887, 13; Nederl. Heraut V. 97. Vgl. nog P.J. Blok, Versl. Arch. in Duitschland (1886-1887) 59; J.L. Berns, Versl. Arch. tijdschrift Saks hert. ('s Gravenh. 1891); J.S. Theissen, Centraal gezag en Friesche Vrijheid (Gron. 1907); Naamrol der Raden 's Hoffs van Friesl. (Leeuw. 1742). Navorscher XV, 321 en de daar genoemde literatuur. Vgl. echter hiermee nog Nav. XVI 36, 65.
Kooperberg