[Oever, Wilhelmus van den]
OEVER (Wilhelmus van den), alias a Rivo, Ord. S. Crucis, geb. te Maastricht, overl. 17 Jan. 1528 te Londen; hij schijnt een zeer begaafd, welsprekend en energiek man te zijn geweest, die echter in zijn bestuur meer rekening hield met de wereld dan met zijn omgeving en de regelen en gebruiken zijner orde; hij trad in de orde der Kruisheeren te Hoei (België) en werd reeds spoedig prior van het klooster te Coolen bij Borgloon (België) en na eenigen tijd prior te Luik; hier rezen echter naar aanleiding zijner plannen tot vernieuwing der kloostergebouwen zooveel moeilijkheden, dat hij zijn ontslag indiende en verkreeg; hij was daarna supprior te Dinant. In 1512 koos het kapittel hem tot 28sten magistergeneraal der Orde; in die hoedanigheid bevorderde hij op bijzondere wijze de tijdelijke belangen zijner orde, doch schijnt niet voldoende voor de onderhouding der tucht te hebben gewaakt, zoodat het kapittel in 1521 hem noopte af te treden. Hij trok zich terug te Londen, waar hij, van wereldsche zorgen bevrijd, een heilig leven leidde. Vermelding verdient, dat hij als mag. gen. voor zich en zijn opvolgers 20 Aug. 1516 van Paus Leo X den beroemden kruisheerenaflaat ontving.
Vgl.: C.R. Hermans, Annales Ordinis S. Crucis, I:2, 5 vv.; III, 14 vv.; H.P.A. van Hasselt, Gesch. v.h. klooster der Kruisheeren te Maastricht in Publ. Limbourg XXXIX (1903) 44, 64.
Brandsma