[Muylwijck, Boudewijn Willemsz. van]
MUYLWIJCK (Boudewijn Willemsz. van), geb. omstreeks 1550 (want 13 Juli 1587 wordt hij ± 37 jaar genoemd), overl. 11 Mei 1625, was waarschijnlijk een zoon van Willem Cornelisz. Muylwijck, die van 1555-1557 en in 1568 en 1574 schepen te Rotterdam was, van 1558-1574 vroedschapslid, in 1572 burgemeester en in 1574 hoogheemraad van Schieland. Hij stierf 29 Dec. 1574. Van der Aa op Mathijs Muylwijck noemt hem ten onrechte Willem Willemsz. evenals het Alg. Familieblad. Zijn moeder wordt Katharina van Veenland genoemd. De zoon begon zijn politieke loopbaan in 1586 als lid van de vroedschap, wat hij tot 1625 bleef. In die periode bekleedde hij nog andere stedelijke ambten, o.a. was hij burgemeester in 1624 en 1625. Het baljuwschap der stad was hem opgedragen van 1594-1622; als gedeputeerde trok hij in 1593 ter. dagvaart en gecommitteerde raad was hij in 1594. Eigenaardig is het, dat hij, remonstrant zijnde, toch in 1618 niet als baljuw ontslagen is, wat wel het bewijs levert, dat hij in die moeielijke tijden zijn ambt tactvol heeft uitgeoefend. In 1622 echter werd de drang van hooger zijde zoo sterk, dat hij zich verplicht achtte zijn ontslag als baljuw in te dienen, doch andere stedelijke ambten bleef hij waarnemen. Hij was 14 Juli 1585 te Rotterdam gehuwd met Aeltgen Jorisd. de Gruter.
Zie: Bronnen Gesch. Rott. 1; Petit, Repertorium 1426; Alg. Ned. Familiebl. 1883-'84, no. 69.
Moquette