[Moens, Adriaan (1)]
MOENS (Adriaan) (1), geb. te Middelburg 31 Juli 1728, gest. te Batavia 12 Oct. 1792, zoon van Josias en Petronella van der Maas (kol. 931), werd in 1743 leerling der latijnsche school in zijn geboorteplaats met het doel predikant te worden, doch verkoos in 1751 in ondergeschikte betrekking naar Indië te gaan, waar hij aanvankelijk te Colombo op Ceylon werd werkzaam gesteld, doch snel in dienst der Compagnie opklom. Gehuwd 4 Mrt. 1759 met Susanna Adriana Potkens en na haar overlijden met Sara Maria Racquet in 1763, werd hij in 1770 directeur te Cochin op de kust van Malabar, huwde 2 Sept. van dat jaar opnieuw met Helena Metternach, was ook hier de Compagnie in vele opzichten van grooten dienst en werd in 1772 benoemd tot raad-extraordinaris van Indië. Zich evenals zijn gewestgenoot, den raad Jac. Corn. Matth. Radermacher, sterk interesseerende voor de stichting van het Bataviaansch Genootschap van kunsten en wetenschappen, dat inderdaad 24 Apr. 1778 tot stand kwam, en den plantentuin te Buitenzorg, correspondeerde hij dat jaar daarover en over geschenken aan het Zeeuwsch Genootschap (in welks verzameling de bedoelde brieven nog berusten) met Adriaan 's Gravenzande, Justus Tjeenk en Jona Willem te Water. In 1780 benoemd tot raad van Indië vestigde hij zich het volgende jaar te Batavia, waar hij in 1784 is benoemd tot directeur-generaal. Hij liet na: Jan Adriaan, geb. te Colombo Jan. 1766, Paulus Josias en Matthias Jacobus, geb. te Colombo 19 Febr. 1768, alle drie sinds 1779 leerling der latijnsche school te Middelburg en samen 8 Juni 1784 te Leiden ingeschreven als stud. iur., waar Jan Adriaan 14 Juni 1788 den meesterstitel behaalde om zich daarna te vestigen te Vlissingen, waar
hij in 1792 huwde met Johanna Elisabeth Caen en Matthias Jacobus promoveerde op een