[Kien, Nicolaas]
KIEN (Nicolaas), oudste zoon van Johan (1), geb. te 's Gravenhage 19 Nov. 1661, verdronken te Amsterdam in den Binnenamstel 9 Oct. 1722. Hij werd te Leiden als student in de rechten ingeschreven 7 Juli 1681, vestigde zich na zijne promotie te Alkmaar, ondertrouwde 26 Aug. 1691 met Margaretha Tromp, dochter van Herpert Maartensz. T., burgemeester van Delft, die hem 5 kinderen schonk en in Febr. 1705 overleed. Hij werd 3 Maart 1692 op voorspraak van den Stadhouder tot pensionaris benoemd, was schepen in 1703 en 4, presidentschepen in 1713 en 14 en werd lid der vroedschap 22 Juni 1712. Den 28 Sept. 1699 werd hij door den Stadhouder begiftigd met het rentmeesterschap van de Egmonden, Zijpe en Vroonlanden. In 1722 vond de Rekenkamer aanleiding om op al zijne goederen beslag te leggen en een deurwaarder in het kantoor te stellen, waarna de Staten van Holland 20 Nov. het ambt mortificeerden en vervolgens de daartoe behoorende landerijen, tienden en erfpachten deden verkoopen. J. Scheltema zegt in Staatkundig Nederland, dat K. als voornaam gunsteling van Willem III een zeer groot deel aan het bestuur van zaken gehad en bij 's konings dood vele vijanden gevonden heeft, spoedig zijn pensionarisschap moest missen en in de schepenbank geplaatst werd, maar dat zijne afzetting als pensionaris hem zoo tegen de borst was, dat hij zich aan zijne betrekking als schepen weinig gelegen liet leggen. Hij was - voegt de schrijver er bij - voor zoover men weet de eenige, die te Alkmaar bij het afsterven van Willem III van zijn ambt verlaten is geworden. De juistheid dezer voorstelling is zeer te betwijfelen; veeleer is aan te nemen, dat de ambten van pensionaris en rentmeester niet behoorlijk gelijktijdig te vervullen waren en daaraan moet
toegeschreven worden, dat K. op het einde van 1700 en 1701, telkens voor niet langer dan één jaar, in het eerste gecontinueerd werd.
Bruinvis