Bat. 1711). In 1712 wordt hij advocaat bij het Hof van Holland en vestigt zich te 's Gravenhage. Later wordt hem de titel van raadsheer van den keurvorst van de Paltz verleend. In 1720 huwde hij met Maria Debora de Moy en nadat deze in 1736 was overleden, hertrouwde hij in 1738 met Mathilda Boot. Uit familiepapieren treedt hij voor ons als zeer vermogend en prinsgezind katholiek. De namen van zijn broeder, den bekenden samensteller der Analecta Belgica, schonk hij aan zijn jongsten zoon, Cornelis Paulus, die voorgaat.
Zijn door G. de Spinny 1761 geschilderd portret bevindt zich bij de familie Hoynck van Papendrecht te 's Gravenhage.
Zie over het geslacht: Algemeen Ned. Familieblad VIII (1891) 53 v.v.; 69 v.v., 89 v.v., over de hier genoemden: Die Haghe, Bijdr. en Meded. 1910, 133-172; Bijdragen Bisdom Haarlem VIII, 358; XIX, 321 v.v.; XX, 10 v.v.; XXI, 429 v.v.
van Kuyk