[Hop, Johannes]
HOP (Johannes), zoon van Henrick Hop en Sara Johanna Bailly, geb. 19 Jan. 1709, gest. 17 Dec. 1772. Reeds 17 Sept. 1734 werd hij raadsheer in den Hoogen Raad. Eenigen tijd na de verheffing van Willem IV werd hij benoemd tot secretaris van den Raad van State, 2 Febr. 1748, zoodat hij blijkbaar niet als een fel anti-stadhouderlijk man te boek stond; hij gold voor eerlijk en bekwaam, hoewel niet geheel los van het vorige regime. Na den dood van den thesaurier-generaal J. van der Does (1750) ijverden de Back en diens vrienden om hem die plaats te verschaffen, echter vooral ten einde het secretariaat van den Raad van State vrij te krijgen ten behoeve van W. Pauw. De Prins gaf evenwel in Jan. 1751 aan J. de la Bassecour de voorkeur (hij was ook reeds van 1738-46 thesaurier-generaal geweest) doch na diens dood kreeg, 27 Juli 1753, Hop het thesauriergeneraalschap, dat hij bekleed heeft tot 31 Maart 1769. In deze betrekking werd hij ook lid van de Conferentie. Hij was heftig en driftig en botsingen met Brunswijk, met Steyn en anderen bleven niet uit, toen in 1755 de militaire maatregelen overwogen werden, noodig wegens de breuk tusschen Engeland en Frankrijk. Daar hij tegenstander was van maatregelen die Frankrijk zouden kunnen verbitteren, werd zijne verhouding met Steyn in de volgende jaren beter maar anderzijds die met Bentinck, Brunswijk e.a. minder goed, en de Gouvernante was bang voor zijne grofheid en