[Eisinga, Eise of Eise Jeltes]
EISINGA (Eise of Eise Jeltes), wolkammer te Franeker, waar hij 27 Aug. 1828 overl. Geb. 21 Febr. 1744 te Dronrijp, waar zijn vader Jelte Eises, in 1785 op 69-jarigen leeftijd gestorven, hetzelfde bedrijf uitoefende. Vader en zoon waren beide van een zeldzame handigheid en vernuft: de vader vervaardigde in zijn vrije uren o.a. een kabinet-orgel, een zonnewijzer en een kunstdraaibank van bijzondere vinding, de zoon is beroemd geworden door het door hem zelf ontworpen en in elkaar gezette planetarium, dat nog te Franeker te zien is. De zoon had in zijn jeugd goed onderricht ontvangen, eerst te Dronrijp van zijn vader, later in Franeker. Hij las hier o.a. met Willem Wytses eenige hoofdstukken uit Euclides en was bekwaam in bolvormige driehoeksmeting en in de kennis van het hemelstelsel. Op 24-jarigen leeftijd trad hij in het huwelijk met Pietje Jacobs van Hilaard en vestigde zich in 1768 met haar te Franeker, waar hij tot zijn dood het bedrijf van wolkammer heeft uitgeoefend, in het huis ‘de Ooijevaer,’ tegenover het stadhuis. In 1787 lid van het defensiewezen geworden, werd Eisinga in 1792 om staatkundige redenen voor vijf jaar uit Friesland verbannen. Hij begaf zich naar Visvliet, vanwaar hij reeds in 1795 naar Franeker terugkeerde, met zijn tweede echtgenoote Trijntje Eelkes Sickema, met wie hij in 1792 getrouwd was. Weldra zag hij zich gekozen tot lid van den stedelijken raad te F., terwijl hem tevens andere functies werden opgedragen, o.a. die van ‘collecteur van 's lands middelen op de brandewijn en havenspeciën’. Wellicht was dit een gevolg van de uitgave van zijn boek: De Vriesche koopman, zijnde een uitreekening van alle impositiën en binnenlandsche middelen, vervat
in 's Lands lijst of placcaat enz. (1778; 2de dr 1780). Den grootsten roem verwierf Eisinga door de vervaardiging van bovengenoemd planetarium, dat een aanschouwelijke voorstelling geeft van ons geheele zonnestelsel, voor zoover dit toen bekend was, en getuigt van een buitengewone kennis der wis-, natuur- en werktuigkunde van den samensteller. Behalve een viertal koperen raderen, die hij bij een uurwerkmaker bestelde, is het geheele planetarium in den tijd van zeven jaar (1774-1781) door hem vervaardigd. De hoogleeraar J.H. van Swinden betuigde den schranderen wolkammer zijn lof en bewondering en gaf er weldra een beschrijving van in 't licht, die later uitgebreid en met afbeeldingen verrijkt is (1851). In 1826 werd het huis van Eisinga met het vermaarde planetarium op last van koning Willem I door het rijk aangekocht.
Zijn door W.B. van der Kooi geschilderd portret is in het stadhuis te Franeker. Het bestaat ook op steen geteekend.
Zie: J.H. van Swinden, Beschrijving van het konststuk, verbeeldende een volledig hemelstelsel, vervaardigd door Eise Eisinga (1780; 2de dr.