[Burg, Adriaan van der]
BURG (Adriaan van der), geb. te Dordrecht 21 Oct. 1693 en aldaar 30 Mei 1733 gest., volgde zijn meester Arn. Houbraken 1709/10 naar Amsterdam, maar toen hij 24 Nov. 1715 trouwde met Cornelia Driewegen, woonde hij weer te Dordrecht en wel in den Kromelleboog. Hij kreeg naam als portretschilder, zoodat de hertog van Arenberg hem in 1728 naar Brussel ontbood om door hem geschilderd te worden. In Dordrecht schilderde hij in 1731 een regentenstuk van het Gast- of Ziekenhuis, thans in het museum daar, en in 1732 een muntersstuk, dat niet meer aanwezig is. Voorts zijn er in particulier bezit hier en daar nog portretten van zijn hand en is er in het museum te Hermannstadt een damesportret voorgesteld als Diana. Zijn portret van den beeldhouwer Hendr. Noteman (1731) is door J.C. Bendorp voor het werk van v. Eynden en v.d. Willigen gegraveerd. Behalve portretten heeft hij ook historische tafereelen en genrestukjes geschilderd. Een Heilige Familie en een Jupiter en Antiope zijn door J. Holaert in zwarte kunst gegraveerd. Een drinkend man is in de coll. Schagerström te Stockholm. Hij zelf schijnt zeer ingenomen geweest te zijn met zijn voorstelling van den garnalenboer Ary Buurman, daar hij dat stuk in 1730 op zijn door P. Tanjé en Aart Schouman gegraveerd zelfportret afgebeeld heeft. In het laatst van zijn leven woonde hij in het Steegoversloot. De beide door Kramm genoemde etsen zijn waarschijnlijk niet van zijn hand. Aart Schouman en Cornelis Greenwood waren leerlingen van hem.
Zie: v. Gool II, 212-215; Oud-Holland VI, 78-80; Martin en Moes, Oude Schilderkunst in Nederland (1912) 43.
Moes